Tenouchi 手の内

Bij het hanteren van het zwaard is de rechterhand altijd boven ongeacht of de beoefenaar links of rechts is. Bij wapens zoals bo (staf), jo (korte staf), naginata (hellebaard) en yari (speer) kunnen zowel de linkerhand als de rechterhand voor zijn.

Bij bo en jo, kan zowel sasate (palmen van de handen zijn aan dezelfde kant van de grip) als junte (palmen van de handen zijn aan tegenovergestelde zijden van het wapen) toegepast worden. Bij zwaard, naginata en yari is junte gebruikelijk.

Hoewel verschillende scholen verschillende vormen hebben, worden tenouchi voornamelijk gekenmerkt door een ontspannen, maar stevige grip waarbij de pink en ringvinger de meeste grip verzorgen. De botten van de hand en pols wordt in lijn “gestapeld”, zodat de schok van een impact ontspannen opgevangen kan worden.

Een goede tenouchi kan vergeleken worden met de grip op de hamer of bijl van een ervaren smid, houthakker of timmerman.

In sommige gevallen besproeiden samoerai hun handvat met sake voor ze de strijd ingingen. De suiker en het vocht maakt de grip op het zwaard beter. Verder bonden samoerai soms hun handen en vingers vast op het handvat om hun zwaard in een lange en vermoeiende strijd niet te verliezen.

Voor leerlingen die al bekend zijn met dit begrip:
Wat vaak niet in het curriculum van een krijgsschool wordt geleerd, maar wel

door leraren in verschillende dojo geleerd buiten Japan, is dat het strekken van de duim of wijsvinger kan zorgen voor de juiste spanning in onderarm, bovenarm en schouder. Met deze spanning kan correct centrum worden gehouden zonder dat het een noodzaak is to trekken en duwen.

Disclaimer:
Dit artikel is onderdeel van een serie theorie-lessen. De bedoeling van deze artikelen is een achtergrond te verschaffen voor de budo-leerlingen van Kochōkai. Vanwege het introducerende karakter van deze artikelen, is er helaas geen ruimte om dieper in te gaan op elk onderwerp.